rfu


Hoofdsponsors:





Het skūtsjesilen  *  Wedstrijdverslagen  *  Wedstrijdresultaten
Wedstrijdverslagen

Zaterdag 11 augustus, Hylpen: 14de (14 pnt)
Ons eerste kampioenschap met de ‘Jonge Rein’ in de A-klasse van de IFKS. Bijzonder dat dat na vijf jaar ons gelukt was. De bemanning was fit en er klaar voor. Ook Alfred HOEKSTRA zijn rugklachten werden beter. Er stond een matige wind uit het noordoosten en de wedstrijdcommissie had een Olympische baan uitgelegd voor de 14 deelnemende skūtsjes. De ‘Grutte Pier’ (zakelijk oneenigheid tussen LOS met eigenaar HEERSCHOP) en de ‘Driuwpōlle’ (verkocht door JONKER aan ROOSGEURIUS) zeilden dit kampioenschap niet mee. Ons volgschip ‘Vriendentrouw’ lag mooi naast het wedstrijdveld, omdat we ’s avonds op moesten komen draven op de Salonboot ‘Gaasterland’ voor het Skūtsjejournaal bij Omrop Fryslān.
In de draai naar de startlijn viel het startschot, we waren 20 sec. te laat. Er was echter wel een mooi gaatje met onder ons ‘it Doarp Eastermar’ en de ‘Ut en Thśs’, boven ons de ‘Lytse Lies’ en ‘De Lege Wālden’. Vijftig meter na de start kwamen we in een windzak waar geen wind in zat. We gingen overstag, maar ‘De Lege Wālden’ versperde ons de doorgang, dus weer overstag. De snelheid was hierdoor even helemaal weg. Bij het door de wind gaan kwamen we boven ‘De Lege Wālden’ en de ‘Grytsje Obes’, maar wel op stuurboord naar de bovenboei. Er viel een gaatje waardoor we als 9e doorkwamen deun achter ‘De Jonge Jan’. Bij de benedenboei koos ‘De Jonge Jan’ ervoor om richting Stavoren zijn slag te maken. Wij kozen ervoor om door het meer te gaan. Dit pakte door de schiftige wind minder goed uit en we zakten naar een 11de plaats. Daar onstond een heftige strijd met de ‘Zeldenrust’. In het aan de windse rak schoven we BB/SB vlak voor elkaar langs. Aan de wind duelleerden de voordekkers met elkaar waarbij de fokkeloeten het stevig te verduren kregen. Adviseur Lars van den BERG van de ‘Zeldenrust’ wilde ons oploeven totdat onze fokkeloet zou knappen. Douwe van der VELDE gaf nog aan dat schipper Erik toch niet naar hem luisterde en de schepen vlogen omhoog. Niet onze maar de fokkeloet van de ‘Zeldenrust’ begaf het. Wellicht dat dit hun verder ontstemde waardoor zij ons een protest (BB/SB) toeriepen op weg naar de finish. Nodig was het niet want de ruimte was er. Maar goed het blijft wedstrijdzeilen. Wij moesten een strafrondje maken om de maximale punten te ontlopen. Het leverde echter wel een 14de plek op. Bij het aanmeren bij het volgschip was er nog even consternatie. Wederom was Rein JONKER in het water gevallen bij het afremmen van het schip. Met de autoband in de handen zwom hij weer terug naar het schip. Het lijkt erop dat Rein dit als jaarlijks terugkomend uitstapje gaat maken. De teleurstelling was echter groot over het verloop van de wedstrijd, wat ’s avonds te niet gedaan werd door onze aanwezigheid in het Skūtsjesjoernaal bij Klaas Jansma, Eelke Lok en Meindert Talma met zijn ‘prachtige’ lied ‘Somalieske Piraten’. Zie hier voor het Skūtsjesjoernaal.

Maandag 13 augustus, Starum: 11de (25 pnt)
Na een rustdag op het volgschip de ‘Vriendentrouw’ en de beginselen van het vikingsspelletje KUBB geleerd te hebben van de bemanning van de ‘Oant Moarn’, was de tweede wedstrijddag aangebroken. Op het laatste moment werd besloten om de zeilen te wisselen om de windkracht 4 met vlagen van 5 vanuit het zuidoosten voor de kust van Stavoren  te kunnen verzeilen. Dit desondanks de voorspellingen van Douwe, die de hele tijd de wind in de gaten had gehouden en voorspelde dat de wind zou afnemen. Vanuit het gedrang bij de start werd er koers gezet naar het strand waar de spreader lag die stuurboord gerond moest worden. De ‘Striidber’ lag onder ons en ook de ‘Lytse Lies’ hadden we in de tang. Op weg naar de spreader kwamen we op stuurboord aan. Er was een gaatje achter de ‘Ut en Thśs’ waar we indoken. Sponsor Ruurd Deelstra aan boord van ons volgschip kon het super volgen. In de tweede route was er even verwarring aan boord. Bij de bovenboei besloot Erik ineens op een laat moment om achter ‘De Lege Wālden langs te gaan, die over BB lag. De voordekkers keken verbaasd naar achteren, omdat zij van mening waren dat we er voorlangs konden. Met deze manouvre werden namelijk vijf plekken weggegeven. Voor de afnemende wind werd de fok gewisseld. Jorn JANSEN dook snel het ruim in om de midweerfok aan dek te krijgen, waar de overige voordekkers al gereed stonden. Ook bij ‘De Goede Verwachting’, die achter ons lag, werd een lichtere fok aangeslagen. Die aanval moest geparreerd worden. Ondanks dat we er nog nooit op hadden geoefend waren wij sneller dan onze concollega’s. Precies op tijd bij de benedenboei was de midweerfok weer gereed. In dit geweld schoot het Meinte VISSER in de rug bij het aanhalen van de hals. Hem onderteunend werd er aangevallen op ‘De Lege Wālden’ en konden we op de finish ‘De Goede Verwachting’ (kampioen 2007) achter ons houden. Door een aantal protesten eindigden wij hierdoor op een elfde stek.

Dinsdag 14 augustus, Heech: 8de (33 pnt)
Meinte zou vandaag aan boord van het volgschip blijven. Voor hem kwam Jan BRIKSMA de bemanning versterken. Jan, zoon van oud SKS-voorzitter Alex BRINKSMA, was al vaker meegeweest met het ploechjesilen. Daarnaast verzorgde hij dagelijks onze overvloedige warme maaltijden vanuit het Antonius Ziekenhuis Sneek.
De Hegermer Mar is ons altijd goed gezind geweest, dus enig vertrouwen was bij ons op zijn plaats. De lichtweerfok kon nog net niet aan het begin van de wedstrijd gevoerd worden bij een windkracht 3 uit zuidoostelijke richting. We hadden een perfecte start en kwamen als zesde bij de bovenboei voor de ‘Sūn en Wol’ en achter de ‘Lytse Lies’. Eindelijk een plek in de voorste regionen. In de tweede route waren we te aanvallend en maakten de slag langs de geul richting de Rakkepōlle terwijl de slag naar de Indyk beter zou blijken. Overstag gaand zagen we de ‘Zeldenrust’ en ‘De Lege Wālden’ over BB liggend opdoemen. Erik besloot weer achterlangs te gaan, wat weer plaatsen koste, tiende. Weer werd de aanval ingezet in het voordewindse rak. ‘De Lege Wālden’ werd al snel een prooi en ook de ‘Zeldenrust’. Maar de snelheid werd minder in de tweede route, omdat de wind ging liggen. Weer werd voor de wind de fok gewisseld. Nog sneller dan op Stavoren was de lichtweerfok aangeslagen voordat we bij de benedenboei waren, super. De strijd kon verder en de snelheid was er ook weer om de aanval van de ‘Wylde Wytse’ te parreren. Ook de ‘Eelkje II’ kwam snel opzetten. De laatste slag naar de finish bleven we de koers naar de Indyk aanhouden. De hoogte die we liepen was bijzonder. De ‘Raerder Roek’ verdween maar niet uit het zicht terwijl die al door de wind was gegaan. We maakten hierdoor zoveel achterstand goed dat we rap inliepen op ‘De Goede Verwachting’ en de ‘Sūn en Wol’. Door de adreline vergaten we even de ‘Eelkje II’ uit het oog die op stuurboord liggend hard kwam aandenderen. Over bakboord werd de finish door ons bevaren waardoor de ‘Eelkje II’ nog een keer door de wind moest. Achtste waren we geworden en een strijd in de voorste gelederen. Bekaf lieten we het biertje in gezamenlijkheid heerlijk smaken. Oud bemanningslid Evert de VRIES had de sidderende finale op het volgschip gevolgd en was ondertussen met de kinderen aan het tuberiding. Marlotte en Kim gilden het uit. Meinte had de wedstrijd intenser beleefd op het volgschip en wilde persé op Sloten er weer bij zijn. ’s Avonds in Heeg kregen alle schippers een boodschaptas vol met heerlijkheden, maar wij kwamen er niet mee thuis. Wie hem ‘onbedoeld’ heeft meegenomen heeft er hoop ik veel plezier van gehad met een bittere nasmaak.

Woensdag 15 augustus, Sleat: 5de (24 pnt (met aftrek))
Toen we ’s ochtends op de Sleattemer Mar aankwamen waren de B en C skūtsjes al met hun wedstrijd bezig. Er stond een krachtige wind uit OZO, waardoor we wederom de zeilen moesten wisselen. Jan was weer van de partij en ook voormalig skoateman Ronald van der MEULEN was aanwezig. Alle hens aan dek vandaag. Na wederom het heerlijke dagelijkse kopje soep werd het wedstrijdwater opgezocht. Bij het startschip draaiden we richting de start boven en voor de ‘Raerder Roek’. Een super start zou blijken. Al snel kruisden we voor ‘De Jonge Jan’ en bij de bovenboei voor de ‘Striidber’. Als zesde rondde we de spreader. Voor de wind dreef het hele veld weer inelkaar waardoor we bij de gate twee plaatsen verloren. Bij het aan de wind gaan werd de fokkeloet weer in het bakboordgangboord gelegd. Echter niet ver genoeg naar achteren waar zwaardeman Pascal van ES hem tegenhield. Fokkenist Maarten BLANKEN pakte de fokkeloet op en drukte hem verder naar achteren om ruimte bij de overloop te creėen. Oefff ... GVD!! Pascal kreeg hem tegen zijn scheenbeen en wilde de fokkeloet al over boord gooien. Eddy CINO reageerde: “Doe toch normaal man”. Om verder escaleren te voorkomen werd in het vervolg van de wedstrijd de fokkeloet onder de giek door in het bakboordgangboord gelegd. Niet het meest veilige, maar ja. Na de wedstrijd is dit voorval verder besproken. Aan de wind werd vervolgens gekozen voor een kleine slag richting Sloten en dan het meer op. Hierdoor werden de ondieptes ontlopen maar moesten we wel een keer extra door de wind. We konden over stuurboord liggend op afstand voor de ‘Raerder Roek’ langs toen daar ‘De Goede Verwachting’ opdook. Maarten hield hem in de gaten of we ook daar voor langs konden toen er een krakend geluid over het meer galmde. Volkomen onverwacht brak de mast van ‘De Goede Verwachting’ compleet af. Gelukkig waren er geen persoonlijke ongelukken. Maarten was in extase waardoor Frits JANSEN hem weer bij de les moest roepen, want er kwam op dat moment een flinke vlaag in de zeilen. Het gehele veld werd met deze wind doorelkaar geschut. Wij konden ons plekje echter handhaven en stoomden op naar voren. De ‘Eelkje II’ raakte een boei bij de spreader waardoor ze  een strafrondje moesten draaien en vlak achter ons kwamen te liggen. Voor de wind liepen ze op ons in. Bij de gate riep Erik ze aan om achterlangs te gaan. In de draai pikte de opteker van de ‘Eelkje II’ onze fraaie roerklik aan die daardoor in het water belandde. Weer een straf voor de ‘Eelkje II’. In het laatste voor de windse rak was er bloed op het voordek. Bij het loetestekken loefde Erik te veel op om daarna te vallen en te gijpen. Frits kon het schoteblok net ontwijken maar de fokke schoten schaafden over zijn voorhoofd. Alfred zag het gevolg al snel en had roefmaster Sybren Gosse van der VELDE al verwittigd dat er een pleister moest komen. Skoateman Floris KOOISTRA hielp vervolgens als een echte EHBO’er. Doorgaan was het motto. En dat gebeurde. Op weg naar de finish werd de ‘Ut en Thśs’ en de ‘Grytsje Obes’ getergt ingehaald en als vijfde werden we afgeschoten. Dat is dan mooi thuiskomen. Met harde wind waren we nog niet eerder zo goed geweest. Er was één bemanningslid zelfs die er vandaag met kop en schouders uitstak en dat was peiler Jelle van der VELDE. Hij had de zwaardemannen perfect over de ondieptes aangevoerd. Terug bij het volgschip kwam Sippie Tichelaar van Omrop Fryslān ons bezoeken voor een radiointerview. Op het achterdek had de bemanning zich hiervoor om schipper Erik heen verzameld. ’s Avonds was het weer de traditionele LADIES NIGHT voor de ‘Jonge Rein’ in de feesttent van Sleat. Vol bewondering werden de dames aangesproken dat zij zo goed hadden gezeild met die harde wind. Dronken dropjes ....

Donderdag 16 augustus, Ychten: 14de (38 pnt)
Het skūtsje werd met gestreken mast door Rein met zijn ‘Wadloper’ onder de A6 door getrokken. Naast de ‘Redbar’ liggend zagen we de ‘Eelkje II’ voor de wedstrijd aan de grond lopen bij het eiland in de Tsjūkemar. Lachen!!! De fraaie roerklik was inmiddels ook weer gevonden en op het startschip achtergelaten.  Voor de start werd het weer bij ons aan boord gebracht. Bij de start konden we de indringboei niet bezeilen, waardoor een rondje 360 gevaren moest worden om de startlijn alsnog aan te kunnen zeilen. We kwamen hierdoor als één van de laatsten weg samen met ’De Jonge Jan’, ‘it Doarp Eastermar’ en de ‘Ut en Thśs’, die vals gestart waren.  Bij de bovenboei waren we echter weer bij het veld, maar als tiende. We lieten te veel ruimte waardoor er veel schepen onder ond konden draaien. De gehele wedstrijd ontstonden er gevechten met de skūtsjes om ons heen. We verloren ze echter allemaal. Eerst met de ‘Eelkje II’, daarna met ‘it Doarp Eastermar’, ‘Striidber’ en ‘De Lege Wālden’. De ‘Eelkje II’ die het schip ook niet aan de praat hadden, schoven op de finish net voor ons voorbij. Teleurstellend voeren we terug richting de ‘Wadloper’. Hoe was dit nu mogelijk geweest. Los van tacktiek bleken de afstellingen van de zeilen niet overeen te komen met ons logboek.  Het week teveel af.
Op weg naar Lemmer bleven de schotemannen van het voor- en achterdek op het skūtsje achter. Met een biertje en droge worst werden de ‘coniferen’ bij de mast beslecht. Egbert MULDER, Floris, Maarten en Frits kwamen nader tot elkaar. Geheimen werden onthuld. En het mooie geruite petje van Floris haalde het KIEKEBOE spelletje weer uit de kast. Bij de Prinses Magriet Sluis werd het oude jagen nog even uitgevoerd. Achterna gezeten door de Strontrace specialisten van de ‘Rust na Arbeid’ van Rudolf le Poole.

Vrijdag 17 augustus, De Lemmer (I): 12de (50 pnt)
’s Ochtends waren Sander en Afke met Jean-Marie Pfaff op de foto gekomen, die met hun schip ‘Gerda’ in de kom van Lemmer lagen afgemeerd. Sander had hem al gespot, maar iedereen dacht daar het zijne van. Toch was het hem dus, de Belgische oud doelman met zijn spectaculaire speelstijl en blonde krullen.
Voor ons was het duidelijk dat we in het klassement nog maar één tegenstander hadden, ‘De Lege Wālden’. Zij moesten in de gaten gehouden worden met zeven punten voorsprong. Anderzijds was de ‘Grytsje Obes’ niet ver weg om nog ingehaald te worden. De baai van Lemmer lag erbij als een arena. Veel mensen op het strand en de dijk, maar ook op het water lag het vol met schepen. Bij het naar binnen varen van de baai werden we luidruchtig onthaald door menig schip. Maar vanaf de zeilklipper ‘De Gouden Bodem’ klonk het meeste kabaal. Tsjonge jonge, kippevel. Opmerkelijk was de start van vandaag. De eerste was een algemene valse start. Wij hadden een super start bij het startschip en zouden vanuit die positie het hele veld op slot hebben en een mooie klassering had erin gezeten. De tweede start was onder dreiging van de zwarte vlag (uitsluiting van de wedstrijd). Weer lagen we goed bij het startschip en zagen na de start enkele schepen teruggaan. Uitgesloten dachten we. Toen ook ‘De Lege Wālden’ terugging zagen we de rattestut, uitstel. Hoe was dit nu mogelijk de wind was niet gedraaid en de boeien bleven liggen. Wat bleek, de wedstrijdcommissie durfde het niet aan om acht vals gestarte schepen, waaronder de koplopers, uit te sluiten. Klassenjustitie. Toen Erik dit de volgende dag op het palaver aanhaalde kreeg hij bijval van de overige schippers. In de derde start kwamen we minder goed weg. Als tiende bij de bovenboei, maar met concurrent ‘De Lege Wālden’ achter ons. Het was aan ons om dit te handhaven. Voor ons lagen niet de eerste de beste. De ‘Striidber’ en de ‘Lytse Lies’. Tot op het laatste rak na slaagden we erin om stand te houden. Maar op weg naar de finish kreeg ‘De Lege Wālden’ de wind beter in de zeilen dan wij en we moesten achter hun draaien. Tot overmaat van ramp werd ook ‘it Doarp Eastermar’ nog eens voor ons afgeschoten op de streep. De voorsprong was met twee punten geslonken. Terug in de haven maakten we ons op voor de huldiging van Epke Zonderland, de Olympisch gouden medaille winnaar, in de kom van Lemmer.


Zaterdag 18 augustus, De Lemmer (II): 12de (62 pnt)
Ook in de laatste wedstrijd was het dus weer de strijd met ‘De Lege Wālden’. Of zij of wij zouden degraderen naar de B-klasse. Afke was met haar schoonzus vandaag op uitnodiging van de IFKS op de Hekradarboot de ‘Frisian Queen’. Zij konden de finale van dichtbij bewonderen. Wederom was de baai  omhuld met veel toeschouwers. Uit de start gingen we snel overstag om op bakboord bij de spreader te komen. Douwe was verward over hoe we de spreader moesten ronden. Hij had de rode cilinder op het startschip, ter aanduiding dat we een gate moesten zeilen, aangezien voor een rode vlag. Maar er hing echt een groene vlag ter aanduiding dat we stuurboord om moesten. ‘De Lege Wālden’ had bij de start de indringoei om de loefbijter gekregen waardoor zij kostbare afstand verloren. Bij de spreader lagen we super. De concurentie was op achterstand waardoor we vrijuit konden zeilen. Toch verloren we afstand door toedoen van andere schepen als de ‘Sūn en Wol’, die een loefduel aan wouden gaan. En in de gate lagen we zij aan zij met de ‘Zeldenrust’ die we daarna weer afschudde. Ook ‘De Lege Wālden’ had de aansluiting weer met ons en lagen op enig moment zelfs weer voor ons. Maar dat was van korte duur. De rakken naar de bovenboei en de finish namen wij beter waardoor we voor ‘De Lege Wālden’ werden afgeschoten. Prologatie was dus toch gehaald conform doelstellingen. Volgend jaar komt de ‘Jonge Rein’ dan ook weer in de A-klasse uit van de IFKS 2013.
Het feest barste los onder de nog aanwezige bemanningsleden. Er waren namelijk weer een aantal die de voorkeur hadden gegeven aan de Wytgaardster Merke. Zij moesten wederom missen dat de ‘Jonge Rein’ in de prijzen viel. De prijs voor het meest originele skūtsje werd door gedeputeerde Hans KONST dit jaar uitgereikt aan Erik JONKER uit Wytgaard. KONST roemde het schip vooral vanwege de uniformiteit. De blokken met buitenbeslag, de gaffel van hout en met de gewenste buiging en goed beslag, de staat van onderhoud en de roef met originele hurdsteetegeltjes en skipperslamke (geschonken door ons overleden bemanningslid Ebbel SNIP). Ook de durk uitgevoerd, met dank aan Frits, in de kleur appelblousem viel op. De prijs bestond uit een bedrag van 500 euro en een herinneringsbord met daarop een verzilverd skūtsje.

Wat nog wel vermeld dient te worden is dat Douwe uiteindelijk niet is getrouwd met de vierjarige Hanna, die daar de hele week over had gesproken. Zij had alles al geregeld: jurk, pak, feest noem het maar op. Zelfs Douwe’s vrouw Maaike kon het bruidsmeisje zijn. Telkens als we terugkwamen van de wedstrijd was het Hanna die eerst om Douwe vroeg en dan pas naar haar vader Maarten. Wie weet hoe dit zich volgend jaar gaat ontwikkelen.

Gepubliceerd: dinsdag 28 augustus 2012


Donderdag 17 mei, Lemmer (1): 24ste (24 pnt)
Het skūtsje was woensdags door Erik, Rein, Alfred en Frits naar Lemmer gebracht. De tocht verliep voorspoedig al moest er even bij de sluis op Gerhard Pietersma gewacht worden. Na zijn telefoontje met de sluiswachter en de inschrijving bij de British Pub werd er bij Michiel Kalsbeek aan boord gezellig over heden en verleden gesproken met een ‘Roekje’. De volgende ochtend verzamelden de bemanning zich achter NVB Vermeulen. Nieuw was Floris Kooistra die Pieter Jonker zou gaan vervangen aan de grootschoot.
Er was nog niet veel getraind en alleen het voordek was compleet in de oude vertrouwde samenstelling. Het harde windzeil en de bruine allround fok werd aangeslagen. Een combinatie waar nog niet eerder mee gezeild was op ruim water. Er kon nu mooi mee geėxperimenteerd worden. Het leek erop dat we niet slecht gestart waren, maar toch kwamen we als 19de om de bovenboei. Voor de wind liep het skūtsje weer op naar een 14de stek vlak achter de SKS-er ‘Gerben van Manen’ van Heerenveen. Daarna was de koek op. De wind werd minder en we werden gezeild. Kruisend over bakboord naar boven kwam Anko van der Plas voor de wind over stuurboord naar beneden. Echter hij week niet van koers, waardoor wij om een aanvaring te voorkomen moesten afvallen. “Sorry”, was zijn reactie. Nou ja. We zakten naar een laatste plaats, die we gelukkig konden afstaan aan het Huzumer skūtsje van Lodewijk Meeter.

Donderdag 17 mei (2), Lemmer: 14ste (38 pnt)

Wat niet vaak gebeurt is op de eerste dag van Lemmer Ahoy, gebeurde nu wel. Een tweede wedstrijd. Het grootzeil werd op het IJsselmeer gewisseld. Er moest wat gebeuren. Ook nu was de start niet verkeerd, maar draaiden we te vroeg naar de bovenboei toe die we daardoor niet konden bezeilen. Hier verloren we veel tijd. Eenmaal als 19de bij de bovenboei dreven we bijna tegen de boei aan. Dit zou betekenen dat we een strafrondje moesten maken. Tony Brundel die achter ons lag riep ons hierop wel aan en toonde zijn rode protestvlag. Omdat we de boei net niet geraakt hadden bleven we stoļcijns doorzeilen. Het ‘Lemster Skūtsje’, de ‘Twee Gebroeders’ van Earnewāld en de ‘Rienk Ulbes’ van Leeuwarden werden snel voorbij gevaren. Allemaal SKS-ers, wat toch de snellere skūtsjes zouden moeten zijn. Even lagen we op een elfde plek. Op weg naar de finish haalde Tony Brundel zijn protestvlag uit het wand. Erik liet zien dat hij het waardeerde en liet met een neuslengte verschil de ‘Lytse Lies’ voorgaan. Met deze uitslag konden we goed leven. Er was een beetje eerherstel.

 

Vrijdag 18 mei (1), Lemmer: 20ste (58 pnt)

Zoals elk jaar is fokkenist Maarten Blanken afwezig op vrijdag. Voor hem zeilde nu de zestienjarige Jorn Jansen voor het eerst als fokkenist. Beetje zenuwachtig was hij natuurlijk wel. Er stond dan ook een flinke bries deze ochtend. Het harde wind zeil en fok werden dan ook aangeslagen. In de baai bleek ook wel dat het moest. Sommige schippers hadden nog meer wind verwacht gezien de reven die ze in het zeil hadden getrokken. Vol tuig werd er gestart. ook nu kwamen we in de achterste regionen. We moesten de strijd aan gaan met Dirk Jan Reijenga van het Jouster skūtsje ‘Oeral Thśs’. Stuurs hielden zij ons voortdurend in de gaten. Ook Drachten en Sikke Heerschop bleven in de buurt. Terug bij de Steile Bank was er voor ons een flinke aanvaring tussen ‘De Lege Wālden’ en Drachten bij het merkteken. Albert Visser had ruimte moeten geven aan Willem Prins die een overlap had binnen de drie scheepslengtes. BATS!! Wij konden hiervan profiteren en klommen op. Terug de baai in begon Douwe van de Velde de schotenmannen Egbert Mulder en Floris Kooistra te coachen. We schoten weg bij Walter de Vries en Henk Regts. Jorn, die de fok nog wat te strak voerde, begon daarbij zelfs te fluiten van genot. Het bracht ons uiteindelijk een twintigste plek.

Vrijdag 18 mei (2), Lemmer: 20ste (78 pnt)

Door drie valse starten in onze klasse liepen de skūtsjes uit de tweede en derde klasse snel uit richting de baai. De wind was wat gaan afvlakken, waardoor we niet meer de beste zeilkeuze hadden staan. Ook nu was het het Jouster skūtsje weer waar we de strijd mee aan gingen nadat we lang stuivertje aan het wisselen waren geweest met Lodewijk Meeter. Met een goede door Jorn uitgevoerde opschieter kon de boei gehaald worden waardoor we op Lodewijk uitliepen. Er werd een gok gemaakt door niet onder de zeilen te komen van de vloot. Door de baai werd koers gezet naar de onderboei bij het strand. De vloot die nagenoeg allemaal langs de Noordermeerdijk zeilden hadden meer wind en zeilden op ons in en uit. Bij die boei konden we nog net voor Romke de Jong langs achter Walter de Vries aan die zijn fok ging wisselen. Voor de wind echter werden we door Tony Brundel verleid tot een loefduel waardoor we weer terrein verloren. Siebo Ziesling kon nog net voor ons langs en liep daarna weg. Wij pikten weer aan bij de ‘Oeral Thśs’ en werden weer twintigste. Achter ons was een verbeten strijd om niet laatste te worden. Het was bij de ‘GO’ een gejuich toen zijn op de finish toch noch Lodewijk Meeter voorbij gingen. Weer was Lodewijk hierdoor laatste geworden, terwijl hij nog in de reportage van Omrop Fryslān had aangegeven dat het schip meer snelheid had gekregen en gūt rūn.

Zaterdag 19 mei, Lemmer: 4de (58 pnt)
Nu we alle wedstrijden tot nu toe in het achterveld hadden gezeild was een top tien klassering wel eens nodig voor het algemeen klassement. Daar gingen we voor. Vlak voor de tweede start, de eerste was vals geweest, was de wind terug gegaan naar 2 Bft. Tijd voor de nieuwe lichtweer fok. Ondanks het snelle wisselen op het laatste moment kwamen we te laat bij de startlijn. We konden hem zelfs niet bezeilen, dus over stuurboord dan maar weg. Maarten, die  er vandaag weer bij was, molk alle vlaagjes en we liepen hoogte en snelheid ten opzichte van Jappie en Lodewijk die onder ons lagen. We scheerden vlak achter Paul de Koe langs en kwamen mooi hoog uit om de boei te bezeilen. Met een knik op de schoot denderden we over het hele veld heen. Als vijfde bij de bovenboei. In een mooi groepje achter Langweer en Heerenveen zeilden we richting het strand. Pieter Brouwer gromde even toen we achter hem aan zeilde en hoogte zochten. De voordekkers van de drie skūtsjes gingen onderling de strijd aan bij de meerdere gijpen. Maarten, Meinte en Frits doorstonden deze competitie met verve. Honderd meter voor de boei hadden we Langweer en Heerenveen dan ook ingehaald. We knepen iets naar de boei toe waardoor het veld dicht op elkaar kwam te liggen. Het kleine skūtsje ‘Hoop op Zegen’ van Eelke Boersma werd helemaal ingesloten door de grote skūten. Geale Tadema riep ons aan om ruimte te maken bij het merkteken. Ruim om de boei heen zochten we vrije wind en die vonden we. Het Jouster skūtsje lag iets hoger dan ons maar was nu een prooi die we in deze goede wedstrijd setting aan het binnen hengelen waren. Bij de laatste te ronden boei lagen we precies op het goede moment boord aan boord met Tsjibbe van der Veer van de ‘Hoop en Vertrouwen’, waardoor we ruimte kregen om de aanval in te zetten. De Douwe Visser van de ‘Sneker Pan’ had dat geluk niet en bleef daardoor achter ons. Joure ging overstag, wij bleven de slag afmaken naar het gemaal toe. Bas Krom kon met zijn ‘Elisabeth’ geen hoogte houden en zakte onder ons weg. De weg was vrij. Bij het gemaal gingen we overstag om over bakboord in één lijn naar de finish te zeilen. Bij de finish was het of Joure of wij om als vierde of vijfde af te worden geschoten. Erik stuurde het schip naar de pin. Dat was voor ons de kortste route om Joure nog te kunnen pakken. Frits rende over het voordek naar de opstekker. Bij de pin aangekomen gaf hij aan om nu de finish over te draaien. Erik trok aan zijn helmhout en het skūtsje reageerde meteen. Met een opstekker lengte verschil werd de ‘Jonge Rein’ als vierde afgeschoten. Wat een super laatste wedstrijd om Lemmer Ahoy 2012 mee af te sluiten.

Voor de totale uitslag zie http://www.skutsjehistorie.nl/doc/doc_185.pdf




Zaterdag 1 oktober, Lemmer: 5de (5 pnt)
Bij aanvang van deze wedstrijdreeks was er enige verwarring in welke groep we zouden starten. Eerst ingedeeld in groep 2, maar na een telefoontje van Erik met de wedstrijdleiding dan toch gestart in groep 1. En daar konden we dan ook mooi in strijden als training op het komende seizoen. Hoe zouden we tussen de IFKS A-klasse en de SKS-skūtsjes stand houden.
De start werd een uur uitgesteld, omdat er te weinig wind stond. Om even voor twaalven was dan toch de start. Douwe had goed gezien dat we moesten starten tussen de helft van de startlijn en het startschip. Sikke Heerschop lag boven ons vanuit de start, maar was al snel geen partij meer. De nieuwe lichtweer fok was machtig en trok ons vooruit achter het 'Doarp Grou' aan. Bij de bovenboei moesten we net achter de 'Twee Gebroeders' van Drachten aan draaien, maar Walter de Vries hadden we met deze actie wel opgesloten. Vijfde bij de bovenboei. Voor ons alleen SKS-skūtsjes: Grou, Sneek, Joure en Drachten. Het voor de windse rak zou meer dan anderhalf uur duren. Om de concentratie dan hoog te houden is moeilijk. Een kleine afleiding is dan wel prettig. Eerst was het Frits die zijn zeilbroek liet zakken vanwege de warmte. Hij had er een korte broek onder (gelukkig). Albert Visser van Drachten volgde zijn voorbeeld, maar stond ineens in zijn onderbroek op het achterdek. Even later had Sjouke hoge nood en deed een poging langs de vaargeul op het moment dat een tegenmoetkomend jachtje foto's van ons aan het nemen was. De hoge nood was ineens over, maar de foto's waren al genomen. Hierop kreeg Sjouke de bijnaam 'Sjouke Porno'.
Bij de beneden boei lagen we nog steeds vijfde al was de vijfvoudig IFKS-kampioen 'Jonge Jasper' wel dichterbij gekomen. De boei werd goed gerond bij het strand. We konden goed hoogte lopen en de weg richting de voorgangers werd kleiner. Op weg naar de finish liepen we hoger dan Joure die op de finish door Drachten voorbij werd gezeild. Wij hadden hem op de finish ook bijna aanvallend te pakken. Echter moesten we ook verdedigen op een over bakboord snel dichterbij komende 'Jonge Jasper'. We finishten schot op schot als vijfde en beste IFKS-skūtsje. Tevredenheid alom aan boord. Een tweede wedstrijd op deze eerste dag zat er niet meer in. Oorzaak te weinig wind.
In de haven aangekomen lieten we ons een lekker koud biertje na deze wedstrijd goed smaken op deze mooie zomerdag in oktober.

Zondag 2 oktober, Lemmer: 6de (11 pnt)
Wederom was het een prachtige nazomerdag. Iedereen was nog goed gemutst over het resultaat van de eerste wedstrijd. Dus vandaag maar weer herhalen was de tendens.
We hadden ook nu weer een perfecte start bij iets meer wind dan gisteren. Bij het startschip als hoogste schip weg. Onder ons lag Walter de Vries die echter beter koers kon houden. Doordat wij begonnen te jojoėn verloren we wat snelheid op Walter en zakten eronder. Berend Mink met zijn d’Halve Maen kwam even later beter uit bij de bovenboei waardoor wij achter Drachten, Joure en Langweer als negende om de bovenboei draaiden. Langweer zag ons snel inlopen en ging om te verdedigen een loefduel aan, maar kon deze door Joure niet doorzetten. We kwamen hierdoor mooi langs de Noordermeerdijk te liggen waardoor we gebruik konden maken van de thermiek. Langweer en de d’Halve Maen waren we hierdoor snel kwijt en ook op het achterdek van Joure keken ze zenuwachtig achterom.
In de tweede route waren we inmiddels opgeschoven naar een zevende plek. Lemmer lag eerste en was ver vooruit. Voor ons lag nu Grou en Walter de Vries. Een prooi om weer als beste IFKS-skūtsje te eindigen. Weer bij de Friese Hoek aangekomen lagen we op de kont van Grou, waar Douwe Visser naar ons intimiderend begon te roepen: “Wat gaan we doen?”. Zwaardenman Pascal reageerde kordaat: ”Jullie inhalen!”. We gingen voor de wind weer zo snel, maar konden Douwe maar niet voorbij komen. Ze haalden alles uit de kast om de ‘Jonge Rein’ maar te stoppen. In het rak naar de boei op het IJsselmeer zochten we de Noordermeerdijk weer op om in één slag de boei aan te kunnen. En wie kwamen we daar tegen, Kees Hermsen, uitkomend in de 2e klasse. Het bewijs werd weer eens geleverd dat hij van het spelletje niet al te veel hoogte heeft. Er ontstond een bakboord/stuurboord situatie in ons voordeel. Kees bleef koers houden waardoor wij onnodig moesten vallen om een aanvaring te voorkomen. Het toppunt daarbij was dat hij ons aanriep waarom wij de boei, die hij nog moest ronden en wij een half uur eerder al gerond hadden, overzeilden. Erik liet zijn jarenlange ongenoegen over Kees even duidelijk verbaal blijken. Nadat we vervolgens in de geul overstag gingen hadden we ons skūtsje zo goed in de trim dat we met zo veel meer snelheid over Walter de Vries heen zeilden, dat we weer als beste IFKS-skūtsje uiteindelijk finishten als zesde vlak achter Grou.
Een zeer geslaagd trainingsweekend waarmee de eerste stap is gezet naar 2012.

Uitslag:
1 Douwe Jzn VISSER Sneker Pan 2 – 2 4
2
Douwe Azn VISSER Doarp Grou 1 – 5 6
3
Dirk Jan REIJENGA Oeral Thśs 4 – 3 7
4
Albert Jsz VISSER Twee Gebroeders 3 – 4 7
5
Erik JONKER Jonge Rein 5 – 6 11
6
Willem PRINS De Lege Wālden 7 – 8 15
7
Johannes MEETER Lemster Skūtsje 15 – 1 16
8
Pieter BROUWER Gerben van Manen 9 – 7 16
9
Walter de VRIES Goede Verwachting 8 – 9 17
10
Sieb MEIJER Jonge Jasper 6 – 11 17
11
Berend MINK d’Halve Maen 10 – 10 20
12
Sikke HEERSCHOP Wylde Wytse 11 – 12 23
13
Rinus de JONG Ut ‘e Striid 15 – 13 28
14
Delmer LOS Grutte Pier 15 – 15 30




Zaterdag 13 augustus, Hylpen: 6de (17 pnt)
Wat we van te voren niet wisten is dat het een bijzonder kampioenschap zou worden. Het voorseizoen was overschaduwd door veel personele mankementen. Zo was Ebbel Snip ons ontvallen en nu was vlak voor het kampioenschap ook nog de nieuwe schoteman Egbert Mulder uitgevallen met teelbalontsteking.
Traditiegetrouw de laatste jaren voeren we met Koos Lamme richting Hindeloopen waar het Iepen Frysk Kampioenskip Skūtsjesilen vandaag een prachtige ouverture beleefde op het IJsselmeer. Een mooie zuid-zuidwesten wind kracht drie stond garant voor een schitterende race in de olympische baan die wedstrijdleider Gerlof van Wieren had uitgezet. Vlak voor de wedstrijd werd uit eerbetoon voor Ebbel genokt. Alle bemanningsleden van de ‘Jonge Rein’ brachten hun laatste groet uit aan Ebbel en aan zijn vrouw Fokje die op het startschip aanwezig was. Een emotioneel moment voor velen.
De wedstrijd werd in één keer gestart, maar als elfde bij de bovenboei betekende dat er een flinke inhaalslag gemaakt moest worden door de ‘Jonge Rein’. Tactisch was e.e.a. van te voren door Erik en Rein Jonker uitgedacht. Vrij varend werd in de eerste route Koos Lamme en Peter de Koe voorbij gevaren. Toen Remy de Boer en Wiebe Leenstra elkaar bij de halfwindseboeironding dwars lagen konden Cees Riezebos en wij ervan profiteren. We lagen 7de en de weg naar voren was ingeslagen. In de derde route draaide de wind. De voorsten profiteerden hiervan en liepen verder uit. Wij waren inmiddels Cees Riezebos gepasseerd en zochten de aanval op Tjitze de Jong van de ‘Roos van Dekema’. Op weg naar de finish maakte Cees een slag om het meer en wij met Tjitze door het veld. Hierbij moesten we wel twee keer extra overstag maar Tjitze was binnen bereik. We konden echter Tjitze niet pakken en tot overmaat van ramp moesten we achter Cees en voor Peter de Koe draaien. Hierdoor lagen we wel hoger dan Cees. Met een knik op de schoot stoven we over bakboord naar de finishlijn. Cees kon de finishboei niet bezeilen en maakte een dramatische opschieter waarbij de boei werd geraakt en ze ening moment over stuurboord kwamen liggen. Fokkenisten Maarten Blanken en Frits Jansen riepen Cees aan: “BAKBOORD!”. Bemanningsleden van Cees lachten het weg en ook Cees draaide op aandringen van Erik geen strafrondje. Het protest dat volgde werd in de protestkamer door Erik verloren. Cees had aangegeven dat hij geen ruimte had gekregen om het het merkteken te ronden. Ook getuige Peter de Koe was zeer verbaasd over de uitkomst, omdat er meer dan een halve scheepslengte ruimte was.
Op het moment dat Erik richting protestkamer was vertokken aan boord van Peter de Koe werd op de dijk Egbert door ons begroet door het hijsen van twee venders met de fokkeval. Grote hilariteit aan boord en op de wal, al werd het in eerste instantie niet begrepen.


Maandag 15 augustus, Starum: 6de (23 pnt)
Na een rustdag op het volgschip de ‘Vriendentrouw’ en met een potje voetballen tussen bemanningsleden en de kinderen, was de tweede wedstrijddag aangebroken. De wind kwam uit het noordwesten met 3-4 Bft. Schitterend weer waarbij ook de kleur van het water zeer bijzonder was. Egbert was er inmiddels weer bij op het achterdek. Hij kon zijn afwezigheid zaterdag niet aanzien en dus dan maar wat pijn verbijten. Na een sleep van Sint Bekkema uit de haven draaiden we het zeil erbij. De start lag bij de pin. Een korte slag over bakboord en dan met ruimte voor de ‘wal’ over stuurboord weg. Dit pakte anders uit. Vanuit de start kwamen we in een mźlee van skūtsjes terecht. Knap manoeuvreerde Erik de ‘Jonge Rein’ er door heen. Om ons heen wapperden de rode protestvlaggen en waren er aanvaringen. Hierdoor werd de bovenboei als negende gerond. Wederom moest er op eigen kracht naar de voorhoede gezeild worden. Wiebe Leenstra en Bouke van der Vaart waren al snel geen partij meer. Koos Lamme en Tjitze de Jong waren in de olympische baan stugger. Maar ook die werden voor de wind verschalkt. Er werd in de volgende route tempo gemaakt. De afstand tot achterligger Koos Lamme werd ziender ogen groter. Bij een toenemende wind werd er door Meinte Visser en Alfred Hoekstra een broekreef in het grootzeil geknoopt en de hals verzet om het onderlijk strakker te kunnen zetten. De eerste vijf waren voor het grijpen. Maar de wedstrijd was hiervoor net te kort. Bij de sluis stapten Frits en Erik van boord om het protest van zaterdag met nieuwe feiten te heropenen. Dit werd echter niet ontvankelijk verklaard. Samen met Pascal van Es en Yke Hokwerda kwamen zij met hun mooie Frisian Cruiser in Heeg bij de inmiddels aangemeerde eenmastklipper 'Vriendentrouw', welke van 1907 tot 1981 dienst had gedaan als vrachtschip. In 2010 is het 30 m lange schip geheel aangepast aan de nieuwste eisen van de Scheepvaart Inspectie. Pieter zou deze avond op het skūtsje slapen i.v.m. rugklachten.

Dinsdag 16 augustus, Heech: 2de (25 pnt)
Ondanks dat Pieter van meer ruimte had genoten op het skūtsje kon hij vandaag niet mee. Weer een wisseling op het achterdek. Yke werd gevraagt om bij het zwaard te zitten en Jorn Jansen zou i.p.v. Jelle van der Velde op deze ondieptes gaan peilen bij windkracht 3-4 vanuit het zuidwesten. Meinte kwam hierdoor als foarhālder op het voordek. Een super formatie zou later blijken op ‘ons’ water.We hadden een goede start en lagen snel op een vierde plek. Na het ronden van de bovenboei werd in het halwindse rak van de olympische baan Cees Riezebos op snelheid voorbij gezeild. ‘De Lege Wālden’ van Willem Prins en de ‘Zeldenrust’ van Kees van der Kooij lagen nog voor ons. Voor de wind en in de halfwindse rakken liepen we zo snel in op beiden dat in de derde route voor de wind ‘De Lege Wālden’ in een tactisch manoeuvre bij de benedenboei werd gepakt. Erik liet het skūtsje een beetje vallen om vervolgens eerder te gijpen en aan de wind naar de beneden boei te varen. Hierdoor kwamen we boven ‘De Lege Wālden’ te liggen. Zij anticipeerden te laat en waren verslagen. Met nog één route te zeilen was alleen de ‘Zeldenrust’ nog voor ons. We begonnen deze route met een achterstand van ongeveer 200 m. In het laatste kruisrak naar de finish koos Kees van der Kooij ervoor om niet op ons te zeilen, maar ging overstag voor een slag door het veld. Dit was onze kans. Het werd een spannend eind. Op naar de finish leek het zelfs even of wij Kees konden verschalken. Ook de C-schepen hadden we inmiddels ingehaald en lagen om ons heen. Er ontstond aan boord bij ons discussie tussen Erik met Rein en Douwe van der Velde over hoe de finish er in lag. Erik stuurde omhoog terwijl Douwe wou vallen om Kees geen ruimte te geven. Erik had gezien dat de finshlijn er enigsins schuin in lag. Door dan omhoog te gaan ben je eerder bij de lijn. Kees kon door de verwarring net voor onze kop draaien en we finishten boord aan boord. Super hoe de ‘Jonge Rein’ de 200 m achterstand in één route had goedgemaakt. De tweede plek werd ook door de aanhang op het volgschip luid gevierd. De vlag kon in de mast. ’s Middags werd de ‘Lytse Lies’ door ons met applause ontvangen toen zij het wedstrijdwater opkwamen varen na een onfortuinlijke aanvaring met de ‘Raerder Roek’ een dag eerder. De wedstrijd van de A-klasse, waar de ‘Grutte Pier’ van Delmer Los in een vlaag omsloeg, werd lekker onderuit op het voordek met een biertje bekeken. In het Heechhūs werden we ‘s avonds door de bemanning en schipper van ‘De Lege Wālden’ gefeliciteerd om de superactie waarbij we hen eerder die dag inhaalden.

Woensdag 17 augustus, Sleat: 5de (13 pnt (met aftrek))
’s Ochtend vroeg vertrokken we van het eiland de Rakkepōlle, door Wāldsein, naar de Sleattemer Mar. De brugwachter in Wāldsein was even vergeten dat de openingstijd van de brug deze dag om 07:00 uur begon. Het lag er dan ook stampende vol toen we er om 07:45 uur pas door konden. Schipper Bas van de ‘Vriendentrouw’ moest daarna zijn vriendin Freya nog aan de wal zetten. Leuke bijkomstigheid bij haar was dat Freya de dochter van Kees van Zon was, die we in 2007 bij ons hadden met zijn klipper ‘Zuiderzon’. Het volgschip werd daarna tegen het wedstrijdveld voor anker gegooid. Een mooi plekje om alles te kunnen volgen op deze zonnige dag. De wedstrijdleiding had deze week voor het eerst een gate als wedstrijdbaan uitgelegd bij een zuidwesten wind met weer 3-4 Bft. Pieter was er weer bij op het achterdek, maar Jorn peilde ook hier op de ondieptes.Het was een wedstrijd waar door de gate weinig in te halen was. Uit de start lagen we super en hadden de andere skūtsjes op slot. Maar Erik was ongeduldig en ging te vroeg overstag. Hierdoor konden vier skūtsjes eerder bij de bovenboei komen. Er was daarna eigenlijk maar één slag mogelijk na het voor de windse rak. Dat was de bakboordslag naar Wāldsein en dan naar de bovenboei. We hebben het één keer geprobeerd om het via de andere kant te bezeilen, maar dat pakte niet goed uit. Erik was wederom te ongeduldig om na de bakboordslag eerst achter Willem Timmer aan te blijven zeilen en later de slag door het veld weer niet geheel af te maken. Van begin tot eind bleven we op de vijfde plek zeilen achter de ‘Ora et Labora’ van Willem Timmer. Vlak achter ons eindigde vandaag de ‘Zeldenrust’ van Kees van der Kooij die de slag door het veld wel afmaakte en daardoor vanuit het achterveld heel dichtbij kwam. Na de wedstrijd verkasten we naar Follegea. Bas, die niet vaker op het binnenwater had gevaren, zette op de Hjerringsleat even vol gas. In de Riensleat werd het pontje al slaomend voorbijgevaren, waarbij de hekgolf bijna een vletje op de wal zette.
Pieter vierde vandaag zijn verjaardag. Er hingen slingers in de roef van het volgschip en de kinderen verraste hem met serpentienes. Als een rastafari zat hij er bij, waardoor zijn bezoekende vriendin Maaike hem bijna niet herkende. De verjaardag werd ’s avonds zonder de vrouwen gevierd die een LADIES NIGHT hadden in de feesttent van Sleat.


Donderdag 18 augustus, Ychten: 5de (18 pnt)
Alfred had buikloop en gaf bij het ontbijt aan op het volgschip te blijven. De dag begon daarna met lichtelijke paniek .... Rein viel tussen wal en schip in het water. Het rubberbootje dat door Meinte zijn zoon Rienk werd bevaren, bracht eerst nog even onaangekondigd een bemanningslid van Floris Bottema naar een volgschip. Dit tegen onze planning in. Het duurde ons te lang voordat hij terug kwam. Op dat moment kwam Floris met zijn ‘Harmonie’ door de brug. Hem werd gevraagt om een sleepje. De acties daarop volgden in een stroomversnelling, waarbij Rein het roer van het skūtsje wou vrijhouden van het volgschip bij het draaien van het skūtsje. Douwe had de sleeptros al slippend om de bolder gelegd. Maar het einde van het touw naderde en Douwe maakte de tros vast aan de bolder. Hierdoor kreeg het skūtsje een swieper waardoor de kont een versnelling kreeg die Rein niet kon opvangen en plons. Frits reageerde snel door het trapje uit de durk te halen, waar gelukkig nu geen venders oid aan bevestigd waren. Rein kon snel weer aan boord worden geholpen. Hij was wel zijn bril verloren, maar verder gelukkig geen mankementen. In het rubberbootje bracht Rienk hem naar Titia om te verkleden om vervolgens weer aan boord te komen.
Aangekomen op het meer werden we vanuit de Lemster Aak LE2 door Simon van der Meulen nog aangeroepen dat de prestaties niet aan het schip konden liggen. Leuk dat hierdoor het balletje dus bij ons lag. Ook op de Tsjūkemar was een gate te bevaren. Vanuit de start kwamen we met een noordoostelijke wind redelijk goed weg. Als vierde bij de bovenboei achter Willem Prins en Willem Timmer. Na de spreader werden we in de kopgroep voor de wind afgedekt door het achteropkomende veld waar Peter de Koe snelheid kreeg door diagonaal door het veld tempo te maken. Wij konden hierop niet antwoorden door de schepen die bij ons lagen. Peter schoof dan ook bij de onderboei voorlangs. Er volgde daarna een mooie strijd tussen Peter en ons, maar we konden hem niet meer pakken. Ook vandaag gaf de gatebaan te weinig om tactisch iets te kunnen ondernemen. Na de finish hielden we naulettend de concurentie in de gaten bij het finishen. Op de finish haalde Johannes de Vries met een opstekker verschil de ‘Grytsje Obes’ van Romke de Jong nog in.
Terugkomend in Follegea bij het volgschip kregen we een lekkere kom brocolicremesoep. Op het volgschip werd op de tocht naar Lemmer, zoals iedere dag, heerlijk eten klaargemaakt. De groenten, aardappelen en fruit waren ook deze week weer keurig verzorgt door Jos Bijlsma uit Surhuisterveen. Daarnaast hadden we ook kant en klaar maaltijden gekregen, beschikbaargesteld door het Antonius Ziekenhuis Sneek.


Vrijdag 19 augustus, De Lemmer (I): 3de (21 pnt)
Komende in Lemmer stonden we in het klassement op een vijfde plek. Promotie was nog binnen handbereik. Sybren Gosse van der Velde die de hele week alle boeirondingen noteerde kreeg hier vandaag niet de tijd voor. Er stond namelijk een straffe wind, 4+ Bft, vanuit het zuidwesten.
Remy de Boer nam ons op sleep de baai in. De zeilen werden daar een tweede keer strakker aangestropt door Douwe waardoor ze flakker stonden en de wind beter konden losen. Vanuit de start waren we goed weg in een kopgroepje van drie met ‘De Lege Wālden’ en de ‘Zeldenrust’. In het voor de windse rak riep Kees van der Kooij ons aan om hem en ‘De Lege Wālden’ niet af te dekken, maar eerst met z’n drieėn een gat naar het achterveld zien te maken. Dit leek ons ook een goede strategie om een podiumplaats te garanderen. In de tweede route zette wij echter wel de aanval in op de ‘Zeldenrust’. Zoals de gehele week liepen we weer bijzonder snel in het voor de windse rak. Aangekomen bij de bendenboei van de gate lagen we naast de ‘Zeldenrust’. De ‘Zeldenrust’ moest verdedigen waarbij ze op de gijp kwamen te liggen. Met man enmacht probeerden ze dit te voorkomen, maar het was niet te houden. Hun giek swiepte over het dek en klapte met een noodgang tegen onze giek. De houtspaanderds vlogen door de lucht. Even was er schrik dat de schade te groot was om verder te varen, maar dat viel gelukkig mee. De eerste aanval was hiermee wel door Kees gepareerd, die ’s avonds zijn excuus aanbood met een krat bier en 200 euro. In de volgende route zette wij de tweede aanval in. Voor de wind werd het grootzeil gereefd, want de wind bleef toenemen. Volop actie aan boord en met name de middendekkers Alfred en Meinte hadden handen te kort. Na het ronden van de benedenboei lagen we weer vlak achter Kees. Met het gereefde zeil zouden we evenwichtiger door het water gaan, wat ook gebeurde. Maar bij het ronden van de boei zat het touw van de hals verkeerd. Alfred trok deze vervolgens los waardoor de halshoek van het het zeil omhoog ging. Hiermee werd het zeil boller en konden we geen hoogte meer houden met als gevolg dat we onder Kees wegzakte. Wederom was de aanval mislukt en een derde plaats bleef over. Toch een mooi resultaat na een felle strijd, waar misschien meer in had gezeten. De vlag kon wederom in de mast, en dat staat in Lemmer toch altijd mooi. ’s Avonds konden we genieten van een heus optreden van de populaire Friestalige arbeiders rockgroep ‘De Hūnekop’ op het voordek van het volgschip van ‘It Swarte Wief’. We hadden de nummers de hele week al aangehoord door een meegenomen CD van foarhālder Sjouke Dijkstra.


Zaterdag 20 augustus, De Lemmer (II): 1ste (21,9 pnt)
Al weer de laatste dag. In het klassement was alleen ‘De Lege Wālden’ voor ons nog in te halen, al was het verschil 9,1 punten. De ‘Grytsje Obes’ was niet meer te pakken met een slechtste aftrek van 7 punten. Dus de strijd ging om een derde plaats en promotie naar de A-klasse.
De startplek werd door Douwe en Erik bepaald bij de pin. Hier werd vier keer gestart. De eerste start was een algehele valse start. Bij de tweede en derde volgde uitstel. Jammer want we draaiden telkens op het juiste moment in het juiste gaatje. Maar ook bij de vierde start pakte het redelijk goed uit. Uit de start bij het strand zette we koers naar de vaargeul. Romke de Jong werd aangeroepen om ruimte voor de ‘wal’. Romke gaf ons die ruimte en we konden ongehinderd koers zetten naar de bovenboei. Er kwamen veel schepen over bakboord naar de bovenboei. Cees Riezebos was de eerste. Het leek er even op dat we achter hem moesten draaien, maar met een vlaagje stuurde Erik de ‘Jonge Rein’ naar de boei. Met een opschieter konden we hierdoor voor Cees als derde de boei ronden en liepen daarna snel uit op hem. Robert de Jong lag met zijn ‘Frisia’ op zijn thuiswater voor ons en ook Kees van der Kooij. Robert was een naaste concurrent met 2 punten achterstand op ons. In de volgende route van de olympische baan was de snelheid van de ‘Jonge Rein’ in de halfwindse rakken weer groot. De ‘Zeldenrust’ werd zowel door Robert als door ons voorbij gevaren. Met deze stand waren we vierde in het algemeen klassement, maar de ‘Zeldenrust’ mocht niet tussen Robert en ons komen. Dan waren we op 0,1 punt vijfde. Met de snelheid van de ‘Jonge Rein’ was verdedigen geen optie. De strijd werd aangegaan met Robert. Bij het aansnijden van de halfwindseboei werden de voordekkekers getest op hun stressbestendigheid. Het pinnetje van de inpikker aan het schotenblok vloog eruit, waardoor de fok los kwam. Maarten kon optijd de fok nog vastpakken. Frits handelde snel door de lichtweerschoot in te pikken, die was klaargelegd voor de voorspelde afnemende wind. Maarten kon zodoende verder zeilen, maar ideaal was dit niet bij wind van 3 Bft. In de durk werd een harp en een andere inpikker gepakt door Frits en aan het schotenblok vastgezet, om vervolgens weer aan de fok te zetten. Inmiddels was de volgende boei bereikt. Deze consternatie was door het accuraat handelen van de voordekkers op het achterdek niet eens opgemerkt. Zij waren bezig met het inhalen van Robert de Jong, wat door de voordekkers daarna pas werd geconstateerd. Nu lag Robert achter ons wat voor het klassement betekende dat we als vierde zouden eindigen. Dit was in de laatste route prioriteit om vast te houden. De ‘Zeldenrust’ die naar de finish nog een aanval inzette vanaf de derde plek lieten wij gaan. We kwamen naar de finish toe bij de skūtsjes van de C-klasse. De ‘Oant Moarn’ draaide voor onze kop, maar zij konden niet onze hoogte lopen en zakten onder ons weg. Robert kon er dus niet van profiteren. We stoven op de eindstreep af. Een knal uit het geweer op het finshschip betekende voor ons de eerste dagoverwinning in de B-klasse. Super blijdschap overheerste het besef dat de promotie op 0,1 punt niet was behaald. ‘De Lege Wālden’ had het verschil met ons op 4 pnt weten te houden. Langs het strand werd het publiek toegezwaaid en werd door ons zingend PETER BEDANKT ingezet, voor de afscheidnemende Peter de Koe.
Bij de sluis werd wederom de vlag in de mast gehangen en het skūtsje opgeruimd. Er was berusting onder de bemanning. We hadden per slot van rekening een schitterende zeilweek gehad met mooie resultaten. Er was nog één formaliteit af te handelen. De dagprijs in de feesttent ophalen en de kampioenen te feliciteren. Bij de huldiging van de kampioen in de A-klasse konden wij onze oren niet geloven. Sieb Meier, voor de vijfde keer kampioen van de A-klasse, kondigde aan dat zijn dochter Froukje Osinga-Meijer het helmhout op de ‘Jonge Jasper’ van hem zou gaan overnemen. Dit betekende dat de ‘Jonge Jasper’ komend seizoen in de C-klasse zal starten met haar nieuwe schipperske en dat wij de eerste waren om de vrijgekomen plek komend seizoen te mogen opvullen in de A-klasse. Het feest barste los onder de nog aanwezige bemanningsleden. Er waren namelijk ook een aantal die de voorkeur hadden gegeven aan de Wytgaardster Merke.
Promotie was dus toch gehaald conform doelstellingen. Volgend jaar komt de ‘Jonge Rein’ dan ook in de
A-klasse uit van de IFKS 2012.

Gepubliceerd: maandag 22 augustus 2011